Welke operatieve behandelingen zijn er voor een pijnlijk os tibiale externum?
Os tibiale externum vastzetten of verwijderen
Als de klachten ernstig zijn en lukt het niet om met de niet-operatieve behandeling de klachten voldoende te verminderen, dan kan een operatie overwogen worden. Het os tibiale externum wordt dan (indien mogelijk) met een schroef vastgezet aan het scheepsvormig beentje.
Indien het os tibiale externum te klein is om vastgezet te worden, kan het botje verwijderd worden. De sterke tibialis posterior pees die (deels) aan het botje vastzit, moet dan verplaatst worden naar het scheepsvormige bot. Deze operatie staat ook wel bekend als de Kidner procedure.
Voor en na de operatie
Dit pijnlijke botfragmentje is iets kleiner, en wordt slechts met 1 schroefje vastgezet.
Resultaten
Zowel met het verwijderen als met het vastzetten van het os tibiale externum aan het scheepvormig beentje worden goede resultaten bereikt. In de wetenschappelijke literatuur zijn de uitkomsten iets beter na het vastschroeven van het botje in vergelijking met het botje verwijderen. Het voordeel van het vastschroeven van het botje is dat de tibialis posteriorpees die aan het botje zit niet hoeft te worden verplaatst naar het scheepsvormige bot. Over het algemeen geldt dat verplaatsing van een pees altijd een (lichte) krachtsvermindering veroorzaakt Het nadeel van het vastschroeven van het os tibiale is dat daarmee de bult aan de zijkant van de voet niet (geheel) verdwijnt.
Helaas is het slagingspercentage van geen enkele operatietechniek 100%. Zo groeit het vastgeschroefde os tibiale externum niet altijd vast aan het scheepsvormig botje. Als het botje niet vastgroeit, zou dit opnieuw pijnklachten kunnen geven. Gelukkig groeit het botje in 85% van de gevallen wel vast.
Corrigeren platvoet
Indien er sprake is van een (forse) platvoet, kan het nodig zijn om ook de stand van de voet operatief te verbeteren, om zo belasting op de voetboog te verminderen. Dit kan door een operatieve kuitspierverlenging en/of een standsverandering van het hielbeen.
Verloop van de operatie
Een operatie aan een os tibiale externum (zonder platvoet correctie) duurt ongeveer een half uur en gebeurt tijdens een dagbehandeling. U wordt verdoofd middels een ruggenprik of onder algehele narcose.
De chirurg maakt aan de binnenkant van uw voet, op de plaats van de pijnlijke plek of zwelling een snee van 3 à 4 cm. Afhankelijk van de grootte van het os tibiale externum wordt het botje vastgeschroefd aan het scheepsvormig beentje of verwijderd. Indien het botje wordt vastgeschroefd, wordt eerst het bindweefsel tussen beiden botten weggehaald, en vervolgens wordt het os tibiale externum vastgezet met 1 of 2 schroeven die in het bot verzinken en die er dus niet meer uit hoeven te worden gehaald.
Als het botje helemaal moet worden verwijderd, dan moet de pees die (deels) aan dat botje vastzit worden vastgehecht aan het scheepsvormig botje. Dit moet een heel stevige verbinding worden, anders kunt u daar weer klachten van krijgen. Hiervoor zijn verschillende technieken, afhankelijk van de anatomie van de individuele voet.
Nabehandeling, hersteltijden en complicaties
Lees hieronder meer over de nabehandeling, hersteltijden en complicaties van een operatie aan een pijnlijk os tibiale externum.