De meest voorkomende complicaties
Geen operatie zonder complicaties
Helaas kunnen complicaties bij elke operatie voorkomen, hoezeer uw specialist dit ook probeert te vermijden. Hieronder volgt een lijstje van de meest vóórkomende complicaties, zoals die in de literatuur worden beschreven.
Na cheilectomie en vastzetten van het grote teengewricht:
- Trage wondgenezing, wondinfectie: 1-2%*;
- Pijnlijk litteken;
- Doof gevoel aan de binnenkant van de teen door een beschadigd huidzenuwtakje: 10 – 15%;
- Trombose.* Bij trombose ontstaat er een bloedpropje in het bloed. Deze kan in een kleiner bloedvat vast komen te zitten en het bloedvat afsluiten. Het bloed kan niet meer goed stromen en het lichaamsdeel (bijvoorbeeld het been) wordt dik op pijnlijk. Trombose kan ernstige gevolgen hebben wanneer het bloedpropje in de longen, het hart of de hersenen vast komt te zitten. Een deel van deze organen krijgt dan geen zuurstof en kan ernstig beschadigen. Om de kans op trombose zo klein mogelijk te maken, zult u tijdens de gipsimmobilisatie anti-trombose prikjes voorgeschreven krijgen.
Na vastzetten van het grote teengewricht, niet na cheilectomie:
- Vertraagde botgenezing*;
- De botten groeien niet aan elkaar (pseudarthrose)*. Hier is een nieuwe operatie voor nodig;
- Niet optimale stand van de teen (teveel omhoog of omlaag, naar binnen of naar buiten);
- Pijnlijk gewrichtje tussen de twee kootjes van de grote teen (IP gewricht), omdat het gewrichtje harder moet werken nadat het buur-gewricht vast is gezet.
* Betekent dat deze kans veel vaker voorkomt bij patiënten die roken.